Vereende krachten voor mensen met complexe zorgnoden

Het UPC KU Leuven, zijn partnerorganisaties en het ggz-netwerk Diletti ontwikkelden een gelijkvormige chronische zorg in alle subregio’s die hun hulpverlening bestrijkt. Ruwweg 6.000 personen met een ernstige psychiatrische aandoening komen in aanmerking voor geïntegreerde zorg vanuit residentiële plaatsen, mobiele teams, initiatieven beschut wonen, psychiatrische verzorgingstehuizen, herstelhuizen en herstelacademie.

Psychiater en diensthoofd volwassenenpsychiatrie Stephan Claes coördineert mee de ontwikkeling van deze geïntegreerde zorg, vanuit het UPC KU Leuven en vanuit het netwerk Diletti: “We gaan ervan uit dat de persoon met een ernstige psychiatrische aandoening in staat is tot herstel te komen. Hij moet maximale kansen krijgen om zijn gezonde kanten en sterktes te ontwikkelen en terug een plaats in te nemen in de maatschappij. We doen aan proportionele begeleiding – zolang als nodig, maar nooit langer dan nodig. Patiënten, hulpverleners én de omgeving leren van de praktijk. In plaats van over evidence based practice kunnen we beter spreken over practice based evidence. We leren van wat werkt in de praktijk, van elkaar en van voorbeelden elders.”

Emancipatorische beweging

Em. prof. dr. Jos Peuskens, voormalig hoofdarts van het UPC KU Leuven, pionierde in geïntegreerde zorg en lag mee aan de basis van het model dat nu in ontwikkeling is: “In de jaren 1970 al groeide het besef dat het grote ‘psychiatrische gesticht’ en de chronische hospitalisatie geen gepast antwoord kon bieden op de langdurige zorgnoden van personen die lijden aan een ernstige psychiatrische stoornis. Mee dankzij de ontwikkeling van effectieve psychofarmaca gaven vooral de Angelsaksische landen de aanzet tot actieve resocialisatieprogramma’s met het zogenaamde assertive community treatment. De psychiaters van ons ziekenhuis hadden regelmatig contact met centra in Engeland en we trachtten, ondanks de beperkte middelen die voor deze hervorming ter beschikking waren, vernieuwende zorginitiatieven uit te bouwen, zoals een kleinschalig centrum voor begeleiding van rehabilitatie, beschut wonen en ambulante outreach-programma’s voor ondersteuning van resocialisatie.

Bovendien rijpte de visie in de volgende jaren dat langdurige ondersteuning niet alleen oog moet hebben voor de psychiatrische symptomen en klinische zorg, maar ook voor het ontwikkelen van sterkten en mogelijkheden van de cliënt. Vanuit deze emancipatorische beweging groeide meer evenwicht tussen klinisch psychiatrische zorg en bredere omkadering bij het uitbouwen van integratie en zelfstandigheid waarbij de regie van de behandeling meer in de handen van de persoon met een psychiatrische aandoening zelf werd gelegd. Om de afbouw van langdurige hospitalisatie te faciliteren voorzag de overheid in de jaren 1990 een eerste financiering voor beschut wonen, psychiatrische verzorgingstehuizen, activeringsprogramma’s, thuiszorg. Maar de echte kentering kwam er vanaf 2000. Met onder meer het befaamde artikel 107 zette de overheid voluit in op de vermaatschappelijking van de gezondheidszorg. Vanuit de KU Leuven en ons ziekenhuis hebben we toen enthousiast mee aan de kar getrokken om de omzetting van ‘ziekenhuisbedden’ naar ambulante plaatsen en mobiele teams te verwezenlijken.”

Zingeving en ontmoeting

Prof. dr. Dirk De Wachter is supervisor van Herstelhuis, een ambulant dag- en activiteitencentrum dat een belangrijke schakel is in de geïntegreerde zorg. De patiënten kunnen er laagdrempelig terecht om een aangepaste begeleiding te vinden in functie van hun zorgnoden en de fase van herstel: “Niets over ons, zonder ons. Dat is één van de kernelementen van geïntegreerde zorg die de patiënt centraal stelt. Het is een aanzienlijke uitbreiding van wat we al deden: werken volgens de herstelvisie, destigmatiserend en we houden de zeggenschap bij de zorggebruiker zelf. Het behandel- en herstelplan komt tot stand op basis van een zorgafstemmingsgesprek in overleg met zijn of haar naasten en hulpverleners. Onze populatie is broos en heeft veel omkadering nodig, maar we evolueren wel weg van het strikt medische model. Eigenlijk huldigen we een non treatment visie: niet therapie en genezing, maar zingeving en ontmoeting staan voorop. We zetten onze mensen weer actief in het leven. Ook buurtbewoners zullen binnenkort het Herstelhuis weer kunnen binnenlopen… het is een optimale vorm van vermaatschappelijking.”