Slimmer medicatie voorschrijven bij kinderen met ADHD helpt overbehandeling te verminderen

Er bestaan veel zorgen over het gebruik van medicatie bij kinderen met ADHD, en met name over methylfenidaat, dat onder verschillende merknamen wordt verkocht zoals Rilatine. In Nederland concludeerde de Gezondheidsraad in 2014 dat er sprake is van overbehandeling met medicatie. Kinder- en jeugdpsychiater Karen Vertessen, werkzaam bij het UPC KU Leuven, onderzocht in een landelijke studie als doctorandus aan de VU Amsterdam hoe artsen de medicamenteuze behandeling van kinderen met ADHD beter op hun individuele behoeften kunnen afstemmen.

Dr. Vertessen vergeleek twee manieren om te bepalen of kinderen met ADHD baat hebben bij het gebruik van methylfenidaat en – indien dat het geval is – welke dosering de beste resultaten oplevert met minimale bijwerkingen, namelijk:

  1.  de gebruikelijke manier waarop gestart wordt met een lage dosering die geleidelijk wordt verhoogd en
  2. een methode waarbij verschillende doseringen en een placebo (een “neppil” zonder de werkzame stof) worden voorgeschreven.

Nuttig placebo-effect

Uit haar promotieonderzoek blijkt dat de ongeveer 30% van de kinderen die geen voordeel heeft bij de behandeling met methylfenidaat beter gedetecteerd worden met de methode waarbij een placebo wordt ingezet. Verder blijkt, in tegenstelling tot de heersende gedachte, een hogere dosering methylfenidaat niet voor elk kind te leiden tot een beter effect. Ook blijkt er een aanzienlijk ‘placebo-effect’ te zijn, waarbij ouders, en in mindere mate leerkrachten, positieve effecten van de ADHD-medicatie rapporteren terwijl kinderen met een placebo worden behandeld.

Het is dus belangrijk dat artsen bij het starten van een behandeling met methylfenidaat alle mogelijk geschikte doseringen uittesten, de effecten bij voorkeur vergelijken met placebo, en zowel ouders als leerkrachten betrekken bij het evalueren van de effecten. Op deze manier kunnen artsen voorkomen dat ze kinderen onnodig met medicatie behandelen en dat, als medicatie gunstige effecten heeft, de juiste dosering wordt voorgeschreven.

Vertessen pleit ervoor dat beleidsmakers voldoende middelen vrijmaken voor een brede implementatie van deze methode in de huidige klinische zorg en dat de farmaceutische bedrijven het mogelijk maken om deze systematische proefbehandeling eenvoudig uit te voeren met alle vormen methylfenidaat (zowel kort- als langwerkende) die op de markt zijn.

Verdediging proefschrift

Dr. Karen Vertessen verdedigt op 8 november haar proefschrift openbaar aan de Vrije Universiteit Amsterdam.